Zorg in de eerste plaats voor een structuur in je dag van 3 tot 4 maaltijden die elk een belangrijke functie hebben: een ontbijt, een middagmaal, een avondmaal en eventueel een vieruurtje.

Eet bijvoorbeeld na een overvloedige maaltijd een lichtere maaltijd: je lichaam past zich aan! En omgekeerd, wanneer je ’s middags een lichte maaltijd hebt gegeten, gun jezelf dan een tussendoortje in de loop van de dag.

Weet dat er geen verboden voedingsmiddelen zijn in een evenwichtige voeding: het gaat erom gevarieerd en met mate te eten.

1. Kies voor voeding met veel fruit en groenten, volkoren producten, noten, haver, gevogelte en vis.
2. Eet zoveel mogelijk vers en onbewerkt voedsel.
3. Breng voldoende afwisseling in je voeding.
4. Kies voor voeding rijk aan gezonde vetzuren:
   • plantaardige oliën, (lijnzaadolie, koolzaadolie, walnotenolie, tarwekiemolie en soja olie)
   • 125 à 150 g vette vis (zalm, paling, forel, makreel, sardienen, haring en ansjovis)
   • ongezouten noten per dag
5. Plaats peulvruchten op het menu: sojabonen, linzen, kikkererwten of spliterwten.
6. Zorg de hele dag voor een goede hydratatie. Drink met mate alcohol: bv. enkel in het weekend 2 à 3 consumpties. Water mag je zoveel je wil (ongeveer 1,5 liter per dag). Ook thee, verse soep, andere kruidendranken zorgen voor hydratatie.
7. Vermijd zoveel mogelijk (dierlijke) verzadigde vetten die voorkomen in vettige kazen, snoep, room, rood bewerkt vlees, koekjes en gebak.
8. Vervang meermaals per week rood vlees door kip, kalkoen, vis of vleesvervangers.
9. Probeer transvetten te vermijden. Transvetten zitten in taarten, koeken, gebak en ander bewerkte voeding en zijn bijzonder schadelijk voor je lichaam.
10. Eten en bewegen: deze 2 gaan samen! Naast een evenwichtige voeding beveel ik je aan om dagelijks een lichamelijke activiteit te beoefenen die het equivalent is van 30 minuten wandelen.